Lustrumvieringen

Lustrum heette het offer dat de Romeinse censoren iedere 5 jaar namens het hele volk aan de goden brachten. In de daarvan afgeleide betekenis, tijdvak van 5 jaar, gebruiken wij het woord nog steeds. Zoals bekend is onze school een van de oudste instituten van het land en omdat zij dateert van 4 december 1474, de dies natalis, gaan we dus in december a.s. het 107e lustrum van de aloude Hieronymusschool vieren. Hiervan is het Utrechts Stedelijk Gymnasium immers de ononderbroken voortzetting.

 

 

Burgemeester Vonhof met rector Cees Lips en conrector Marcelis, Lustrum 1974

Lustrum 1874

De oudste lustrumviering, waarvan zich in het schoolarchief stukken bevinden, is die van 1874. Of in andere bronnen daarbuiten rechtstreeks of zijdelings iets over nog oudere lustrumfeesten valt te vinden, kan ik nu niet nagaan maar mijn indruk is duidelijk dat in het genoemde jaar voor het eerst een echt grootse viering plaats vond. Het ging dan ook om het 400-jarig bestaan van de school, die kort daarna - in 1877 - haar huidige naam zou krijgen. Onder leiding van de energieke en inspirerende rector dr. A.H.G.P. van den Es had men een naar mij lijkt voor die tijd vrij uitgebreid programma bedacht. In de Pieterskerk vond  de plechtige herdenking plaats. De Pieterskerk was al eeuwen en is nog steeds het ceremoniële thuis van ons gymnasium. Er was een reünie van oud-leerlingen.Verder werd er door de leerlingen een serenade opgevoerd. Het ‘register van deelnemers aan en de partituur van de door jhr.mr.C.J.M. van Riemsdijk gecomponeerde feestzang' zijn bewaard gebleven evenals de wegwijzer van de route door Utrechts oude binnenstad. Ook bezitten we de lijst van portretten van vroegere leraren en leerlingen der Hieronymusschool, die bij de lustrumviering tentoongesteld werden. In de afdeling voorwerpen van het schoolarchief bevinden zich nog altijd enkele oude rectors- en leraarsportretten. Ieder van de aanwezige oud-leerlingen kreeg in 1874 een herinneringsmedaille. Interessant is voorts de lijst van oud-leerlingen, die tussen 1800 en 1830 waren ingeschreven in het album discipulorum en in 1874 nog in leven waren. Onder hen vinden we bij voorbeeld Richard van Rees, die in 1813 - dus nog tijdens de Franse bezetting - na zijn eindexamen een van de twee oratores was geweest tijdens de plechtige afsluiting van de schooltijd van de toen vijfdeklassers. De plaats laat zich raden: de Pieterskerk.

Om het beeld van het lustrum van 1874 enigszins volledig te krijgen moeten jullie je natuurlijk wel de stijl van die tijd proberen voor te stellen. Die was ongetwijfeld veel vormelijker en stijver dan tegenwoordig, maar denk er ook het enthousiasme en de feestvreugde bij die van alle tijden zijn. Na deze abstracte oefening in verbeelding kan je ook nog heel concreet het toenmalig schoolgebouw gaan bekijken. De ‘Utrechtsche Latijnsche School' zoals de naam tot 1877 ook wel luidde was toen gehuisvest in het gewezen Huis van Ee, een voormalige kazerne, nu Minrebroederstraat 5. De ongeveer 60 leerlingen waren hier in 5 lokalen ondergebracht. Het is het derde van de vijf gebouwen van onze school en het oudste nog bestaande, want de eerste twee zijn afgebroken.


Les voor oudleerlingen tijdens de reünie, Lustrum 1974

Lustrum 1924
Nu dacht ik vroeger, toen ik vóór het wel heel bijzondere lustrum van 1974 letterlijk en figuurlijk nog niet zó in het schoolarchief zat, dat vanaf 1874 toch zeker wel een lange onafgebroken reeks lustrumvieringen zou zijn georganiseerd, maar dat is blijkbaar niet het geval. Wel gaf de 400-jarige civitas gymnasii onmiskenbaar blijk van historisch besef, maar het eerstvolgende gedocumenteerde lustrum is pas dat van 1899. Het programma van de Miles Gloriosus, een comedie van de Romeinse dichter T. Maccius Plautus, door leerlingen gespeeld in januari 1900, bestaat nog. Zoals we gezien hebben, maakte overigens toneel in 1874 geen deel uit van het lustrumfeest. Wat wel opvalt: vrij spoedig daarna - in 1878 - werden de eerste leerlingen-verenigingen gesticht, Mentor - een cultureel/literaire vereniging - en Isthmia - dat zich wijdde aan gymnastiek en schermen. Mentor heeft bestaan tot in de late jaren 70, dus vrijwel een eeuw, Isthmia is de oudste nog bestaande vereniging van onze school. Uiteraard zijn de organisatie en de activiteiten ervan in de loop van ruim 130 jaar grondig veranderd, net als bij de overige leerlingenverenigingen.
 
Hoe het ook zij, het eerstvolgende grote lustrum staat geboekstaafd in 1924, geen eeuwfeest dus maar sinds 1874 was wel alweer een halve eeuw voorbij gegaan. Er hebben toen op de reünie diverse oud-leerlingen rondgelopen die ook het 400-jarig feest nog hadden beleefd, zoals ik in 1974 nog oud-gymnasiasten heb gesproken die toen - minstens - hun 10e lustrum op onze school meemaakten, de alleroudsten hadden eindexamen gedaan voor 1910. Ook in 1924 was er de ceremoniële bijeenkomst in de Pieterskerk, waar naast de rector Dr. A.H.Kan en anderen ook de minister van onderwijs sprak. Dr. J.Th. de Visser had aan ons gymnasium in 1874 eindexamen gedaan en was na de onderwijs-pacificatie van 1918 tot 1925 de eerste minister van Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen. Daarvoor was onderwijs bij Binnenlandse Zaken ondergebracht. Verder hield men een feestelijke optocht door de stad, was er de al genoemde en grote reünie, een feestmaaltijd, een tentoonstelling en een feestavond. De cantus/het schoollied werd geschreven en op muziek gezet. Generaties van gymnasiasten hebben deze bij alle passende gelegenheden gezongen. Soms werd er ook kritiek op geleverd, vooral na de jaren 60. De cantus was te moeilijk, ouderwets enz. Mij valt bij dergelijke kritiek - ook bij andere vormen van traditie - op dat de critici vaak geen begrip hebben voor het speelse element erin. Denk toch niet dat men vroeger tradities en mores altijd volledig serieus nam. Wel vond men deze prettig en waardevol. Zij hebben te maken met historisch besef en verbinden de generaties.

Concert in het gebouw voor Kunsten en Wetenschappen: 3 solisten en deel van het orkest, Lustrum 1974

Het lustrumtoneel van 1924 was echt groots aangepakt. De leerlingen voerden de Bacchanten, een tragedie van de Griekse dichter Euripides, op. Niemand minder dan Willem Pijper had de muziek bij de koorliederen in dit stuk geschreven. Alle leerlingen, docenten en het overige personeel kregen een prachtige herinneringsmedaille. Een sterk vergrote bronzen weergave ervan - op één kant een bacchante - hangt op een houten bord in de benedenhal naast de rectorskamer. Dit herinneringsbord heeft dus eerst nog 8 jaar in ons schoolgebouw aan het Janskerkhof gehangen. Tenslotte moet ik nog het feestnummer van de Omnibus, voorganger van de Apoforèta, noemen.

Het lustrum van 1939 in het begin van de Tweede Wereldoorlog, die ons land nog bijna 5 maanden ongemoeid zou laten, is vrij actief gevierd evenals dat van 1949, het eerste na de bevrijding. Vanaf dat jaar heeft elk lustrum zijn officiële en feestelijke viering gekregen.

Willebrordus, Gregorius en Hieronymus betreden de Pieterskerk, Lustrum 1974

Lustrum 1974

Het grootste en luisterrijkste lustrum dat ik heb beleefd was ongetwijfeld dat van 1974. Het 500-jarig bestaan van onze school werd energiek en uitgebreid gevierd. Sinds de late jaren 60 was er veel in ons gymnasium - en in de hele maatschappij - veranderd, maar naar ik mij herinner was er sprake van een gelukkig samengaan van oude en nieuwe stijl. Misschien waren we nu met behoud van oudere elementen redelijk harmonieus de nieuwe tijd ingegroeid. Er waren een historische optocht langs (de plaatsen van) onze 5 schoolgebouwen - de hele civitas in middeleeuwse kostuums - , de plechtige en feestelijke opening van de lustrumfeesten in de Pieterskerk, de ontvangst van de hele schoolbevolking op het stadhuis, waarbij ieder de herinneringsmedaille ontving, een grote tentoonstelling in het Universiteitsmuseum - met openingszitting in het groot-auditorium van de Universiteit - en een kleinere tentoonstelling op school - altijd toch nog twee lokalen vullend - , een concert door een orkest van (oud-)leeringen en (oud-)docenten, het toneel - Euripides' Ifigeneia in Aulis -, het buurtfeest voor kinderen, een intern feest, een filmweek en het galafeest. Alles was zeer geslaagd, een waardige bekroning van een half millennium Schola Hieronymiana.

 

 

Reunisten in de aula/gymzalen, Lustrum 1974

 

Intussen hebben we sinds dit buitengewone lustrum al weer bijna 35 jaar toegevoegd zien worden aan het bestaan van ons gymnasium. De volgende lustrumviering komt al dichtbij. Met ongeduld zie ik ernaar uit, vooral ook naar de reünie. Daarop hoop ik velen van jullie weer te ontmoeten.

Jan Visser